Your browser version is outdated. We recommend that you update your browser to the latest version.

Voorgeslachten van

Janny en Willem Bronsema

Sinds de ontmanteling van de vesting na 1874 kent Groningen geen militaire verdedigingswerken meer. Wel is de stad tegen het einde van WO II volledig omringd door een stelsel van tankgrachten en loopgraven.

De streek tussen Delfzijl en Oosterhoogebrug is geïnundeerd, evenals een gebied ten zuidwesten van de stad en kleinere gebieden ten noorden ervan.
 Dus ook Harkstede met onze woning en die van opa en oma bronsema

De Rabenhauptkazerne aan de Hereweg is in 1945 verwoest en daarna niet weer herbouwd. Groningen is sindsdien garnizoensstad af.
Een marechaussee-kazerne is van 1898-1924 ondergebracht in het Prinsenhof en daarna tot 1985 nog aan de Helper Brink (Tressenplaats
Verzet en executie

De Tweede Wereldoorlog is ook aan Harkstede en Scharmer niet onopgemerkt voorbijgegaan. In 1943 werd de ‘Arbeitseinsatz’ ingesteld, waardoor er op zeker moment 68 onderduikers in het gebied waren. Daarnaast was er een verzetsgroep die deze mensen van bonkaarten voorzag en waarschuwde bij dreigende razzia's. Echt hard werd de strijd door de landelijke aprilmei stakingen in hetzelfde jaar. De Duitse reactie was het politiestandrecht, wat betekende dat doodvonnissen voltrokken konden worden. Dit overkwam drie arbeiders van de aardappelmeelfabriek 'De Woudbloem', die niet op tijd gehoord hadden dat de volgende dag weer gewerkt zou gaan worden. Zij werden standrechtelijk gefusilleerd.

De redding
Het is 11 december 1943. Boven Harkstede verschijnen de witte stippen van parachutes, gevolgd door een bommenwerper, met een grote rookpluim erachteraan. Hij maakt een bocht, vliegt weg en komt weer terug. De piloot springt eruit en de grote vogel stort verticaal neer in het weiland. Brokstukken vliegen in het rond. De dorpsbewoners schieten te hulp, en brengen de piloot naar een boerderij. Plotseling komt daar een SS-er binnen, die hem in optocht meeneemt, maar hem moet afstaan aan twee Amerikanen in een auto. Na de oorlog blijkt dat iedereen het overleefd heeft.

Wie een dijk doorsteekt voor een ander…
De bevrijdingsroes op dolle dinsdag in september 1944 was reden voor de bezetter om zich te verschansen achter een waterlinie (inundatie). Zeewater stroomde vanuit Delfzijl het gebied tussen Eemskanaal en Damsterdiep binnen. Een maand later werden de dijken van het Slochterdiep en het Rijpmakanaal doorgestoken door arbeiders van de O.T. (Organisation Todt). Bovendien moesten op 28 september alle mannen tussen de vijftien en zestig jaar zich bij de O.T. melden om tankgrachten te graven, stellingen aan te leggen en wegen op te breken. Het heeft het Duitse leger niet geholpen. Vanuit Groningen rukten de Canadezen op en joegen de Duitsers voor zich uit. Ook de paarden die ze in Harkstede opvroegen hielpen niet om naar Delfzijl te ontkomen. Alles stond onder water en er was geen doorkomen aan. Overgave was de enige optie. Elders leidden kogels tot hetzelfde resultaat

 

 

 

controle van de gegevens.

nu er meer aktes zijn die je kan raadplegen. wil ik de fouten er zo veel mogelijk uit halen

Daarom geen gegevens op het ogenblik

willem